|
Trillen
van opwinding bij de gedachte aan Rusland
Interview
Universiteitskrant, 12.10.2005
Ralph
Aarnout
|
Door
de jaren heen is Rusland in de literatuur verbeeld als mooie
jonge vrouw, zo laat slaviste Ellen Rutten in haar proefschrift
zien.
Een
btje tricky was het wel, geeft ze toe. Ze deed
promotieonderzoek naar een volle eeuw Russische
literatuurgeschiedenis. En Russen hebben nogal de neiging dikke
pillen te schrijven, dus zat ze veel met haar neus in de boeken.
Pas na flink wanhopen kwam ze erachter dat haar onderzoek best
hanteerbaar was. Nee, ik geloof niet dat ik overambitieus ben
geweest.
Rusland als begeerlijke jonge vrouw, dat is in het kort waar
slaviste Ellen Rutten (1975) vandaag, 13 oktober, op promoveert.
Aan het eind van de negentiende eeuw gingen Russische
intellectuelen zichzelf omschrijven als de ideale minnaar van de
mooie jonge vrouw Rusland. Maar de liefde moest geestelijk
blijven, want de bruid werd gevangen gehouden door een boze
echtgenoot: de staat. De beeldspraak werd veelvuldig gebruikt in
het publieke debat, verwierf een plaats in de literatuur en
raakte gevestigd. De tsaren gingen, de Sovjettijd kwam en ging
en altijd bleef het beeld bestaan.
Het begon met een opmerking van haar docent en latere
co-promotor Sander Brouwer, dat Rusland in sommige
negentiende-eeuwse romans werd opgevoerd als begeerlijke jonge
vrouw. Slavisten in en buiten Rusland hadden er wel op gewezen
dat de beeldspraak vaker werd gebruikt maar een integrale
blik ontbrak. Rutten: Je hoort mensen altijd over
moedertje Rusland, het clich van de mollige moeke, de
matroesjka-poppetjes. Die andere dimensie van Rusland als vrouw
wordt nogal veronachtzaamd.
Was ze aanvankelijk naef verrast als ze de beeldspraak
ergens tegenkwam, na verloop van tijd werd het Rutten duidelijk
hoe vaak de metafoor gebruikt werd. Tot vervelens toe, bijna. In
haar proefschrift, Unattainable bride Russia, ontrafelt Rutten
het veranderingsproces dat de metafoor in honderd jaar
doormaakte. De symbolistische dichter Blok hoefde maar aan zijn
geliefde te denken, of hij begon te trillen van onmacht en
opwinding. In de Sovjettijd zag de boze echtgenoot er streng op
toe dat niemand met zijn vrouw dweepte, en werd de metafoor
amper gebruikt. Maar vanaf de perestroika was hij weer helemaal
terug. Nu niet meer romantisch en idealistisch als in de tijd
van Blok, maar cynisch, ironisch. Rutten: Men was huiverig
geworden voor nationalisme en men was gaan twijfelen aan de
mogelijkheid om emoties onder woorden te brengen. Auteurs gingen
spelletjes spelen met de metafoor, gingen hem bespotten en
parodiren. De bruid werd niet langer vanuit de verte
aanbeden, maar bruut vastgegrepen en verkracht. Rutten: Het
is tamelijk onsmakelijk wat je leest in sommige
postmodernistische, soms half pornografische romans.
Veel postmodernistische auteurs beweerden dat ze slechts
speelden met een metafoor die hen in wezen koud liet. Maar dat
standpunt heeft ze in haar onderzoek ontmaskerd, meent Rutten.
Het is geen spelletje met een willekeurige beeldspraak.
Auteurs als Sorokin en Erofeev gebruiken het beeld te vaak om
dat nog met voldoende geloofwaardigheid te kunnen zeggen. De
metafoor speelt een centrale rol in hun werk.
Vandaag de dag wordt de metafoor weer meer in zijn
oorspronkelijke betekenis gebruikt, ontdekte Rutten. De ironie
en het postmodernistische spel blijven intact, maar dichters
gaan weer geloven dat het beeld van Rusland als begeerlijke
jonge vrouw de lezer kan ontroeren, rken. Rutten constateerde
het met enige opluchting. Ik beschouw het als een soort happy
end in mijn onderzoek.
|